JK - Jouw Kerk

De Jongerenkerk Venlo kende tot november 2008 twee organen:

  • De maandelijkse nieuwsbrief "JK-Binnenk(r)ant" met praktische informatie over het JK-gebeuren (agenda, vieringen, vergaderingen etc.)
  • De driemaandelijkse "JK-Inform" met flashbacks, foto's, beschouwende artikelen enz.

Met ingang van november 2008 is besloten om beide organen samen te voegen tot een nieuw JK-bulletin, waarin zowel elementen van de JK-Binnenk(r)ant als de JK-Inform verwerkt worden.
De bedoeling is dat dit nieuwe bulletin telkens op de laatste zondag van de maand (behalve juli) verschijnt.
Medewerkers en bezoekers hebben tot 14 december de gelegenheid gehad om een naam voor dit nieuwe bulletin te bedenken. Die nieuwe naam is geworden: JK - Jouw Kerk

Wat u op deze pagina aantreft, zijn de artikelen uit de JK - Jouw Kerk voorzover die niet reeds elders op deze website zijn verwerkt.


Novembergedachten (uit de editie nov. 2008)
Peter Nissen, geloven en de kerk (uit de editie dec. 2008)
De boodschap centraal (uit de editie dec. 2008)
Een Zalig Nieuwjaar (uit de editie jan. 2009)

Novembergedachten



Met het oog op Allerheiligen en Allerzielen:

    " Zwijg mij niet dood,
    maar praat mij tot leven"    (Herwig Verleyen)

Er is nog plaats voor jou in onze woorden? Nu je weg bent gevallen uit ons leven?

        Er is nog plaats voor jou in onze woorden,
        de dagen dragen stilte voor je aan
        en in de vlucht van meeuwen zit
        je witte reis verpakt
        steeds verder van ons weg
        steeds minder vlees en bloed...

                W. Verhegghe

G. Marcel schreef eens: "Iemand liefhebben, dat is zeggen: jij, jij zult niet sterven...Instemmen met iemands dood, dat is in zekere zin hem aan de dood overleveren". Dat is de macht, de kracht van onze woorden. Met onze woorden kunnen wij mensen in leven houden, moed geven, hoop en vertrouwen. Met onze woorden kunnen wij hen levend houden, levend onder ons, ook al zijn ze gestorven.

Vaak is dat het enige dat ons nog rest: de geliefde doden een stem geven, zichtbaar maken, onder ons laten voortbestaan. Dat kan op veel manieren. Door een foto, een gedicht, een goede herinnering delen. Het kan vooral door plaats te maken in onze woorden, onze taal, voor hen die er nu niet zijn, die er nooit meer zullen zijn, die nooit meer kunnen zijn.

Door hen niet dood te zwijgen, hen niet te vergeten, niet te doen alsof zij nooit bestaan hebben, alsof zij nu geen rol van betekenis meer spelen in ons leven. Ook niet uit onmacht, ook niet als wij niet weten hoe wij met de dood moeten omgaan. Dan is doodzwijgen het allerslechtste wat je kunt doen. .Als je het niet weet, hoe over de dode te spreken, als je niet weet, onzeker bent hoe je het gesprek moet starten. Zeg dat dan, dat je onzeker bent, dat je geen woorden hebt, dat je het niet weet, niet kunt. Dat is eerlijk. Dat is oprecht en open. Daarmee stel je niet alleen kwetsbaar op, maar ook betrokken, daarmee laat je in ieder geval zien dat je meeleeft, dat de ander die verdriet heeft je ter harte gaat.

Helemaal niet reageren, doen alsof je neus bloedt, een omweg maken, het is niet alleen de ander die verdriet heeft teleurstellen, maar het is ook een vorm van zelfbedrog. Alsof het verdriet van de ander jou niets aangaat, alsof de overlede ne die je misschien ook hebt gekend geen rol van betekenis meer speelt in dit leven.

"Door onzichtbare banden zijn wij het stevigst gebonden" schreef de filosoof Friedrich Nietszche. Misschien zijn wij als mensen allemaal met elkaar verbonden met de banden van de liefde. Ook al kennen wij elkaar niet, houden we niet expliciet van elkaar, toch is er een verbond, een onzichtbare band, omdat wij allemaal uit de liefde van God zijn ontstaan.

Zelfs onze geliefde doden delen in dat verband, hangen vast aan ons door de liefde. Het verdriet negeren, de overledene doodzwijgen is het ontkennen van die liefde, is ten diepste ook het ontkennen van jezelf. Als de anderen dood voor jou zijn, word je ook zelf meer en meer aangeraakt door de dood, verkil je, verspreid je koude om je heen.

Zwijg me niet dood, praat me tot leven - doe mij herleven in je woorden. Zonder de letterlijke vervulling van deze uitspraak was het christendom nooit mogelijk geweest. Dan zouden wij als leerlingen van Jezus werkelijk niets in handen hebben, zelfs niet een getuigenis. Geen bijbel, geen geloof, geen kerken, geen mensen die Hem willen volgen op de weg van de liefde. Zo krachtig is het woord, een woord ook aan ieder van ons gegeven.

(bron onbekend)

  

Peter Nissen, geloven en de kerk

Een paginagroot artikel in het Dagblad de Limburger van 9 augustus 2008 geeft een treffend beeld van de worsteling van professor dr. P. Nissen. Hij is geboren in Swalmen, is 51 jaar en treedt dezer dagen af als decaan van de Theologische Faculteit van de Radbouduniversiteit in Nijmegen. Door zijn decanaat had hij niet meer voldoende tijd voor wetenschapsbeoefening in de kerkgeschiedenis. Maar er is een belangrijker reden voor de overstap naar het hoogleraarschap in de cultuurgeschiedenis van het christendom aan de Tilburgse universiteit.

Zijn bestuurlijke functie in Nijmegen - waar de bisschoppen meer bemoeienis en zeggenschap hebben - bracht hem voortdurend in conflict met de regels die de katholieke kerk hanteert en oplegt aan de wetenschapsbeoefenaars. Nissen laat dan weer doorschemeren, dan weer stelt hij helder wat hem steeds meer is gaan storen. Lezing van het artikel laat de pijn voelen van deze Limburger die als gelovig katholiek is opgegroeid, sterk gehecht is aan de geloofstraditie en ook aan de kerk als plaatselijke geloofsgemeenschap. Maar steeds minder aan het functioneren van het kerkelijk gezag, dat er naar zijn ervaring van uit gaat dat de kerk en alleen die kerk de waarheid in pacht heeft. Zijn werk in Tilburg zal hij in meer vrijheid kunnen uitoefenen en zo ervaart hij zijn overstap als een soort bevrijding.

De persoonlijke ontwikkeling van Peter Nissen staat in het tweede stuk van het artikel. Hij heeft roeping gevoeld tot priester en is ook ingetreden in de Benedictijnerabdij Mamelis bij Vaals. Het gevoel dat achter die roeping zat, het verlangen, zegt hij, is niet zo heel erg veranderd. Dat gevoel komt voort uit betrokkenheid bij wat mensen ten diepste beweegt, bij zingeving. Wat veranderd is, is dat hij voor die zingeving het instituut kerk steeds minder nodig heeft. Omdat dat instituut vaak de weg naar zingeving juist afsluit. Dat gevoel ontstond al in het klooster Mamelis. Daarom stopte hij ermee en kwam zijn vader hem ophalen.

En dan zegt hij: "Een gemeenschap als de Jongerenkerk in Venlo en Roermond, dààr gebeurt de kerk. Een plek waar mensen warmte vinden, waar ze ervaren dat het niet draait om regels, maar om barmhartigheid. Zoals Jezus de regels voor de sabbat overtrad om mensen te helpen. Bij de kerk krijg je toch vaak het idee bijvoorbeeld als het gaat om uitsluiting van de communie ( ) dat de regels boven de mensen worden geplaatst. Dan vraag je je wel eens af, wat wil die kerk dan? Omwille van regels en eerbiedwaardigheid van tradities het geluk van mensen blokkeren? Dat kan toch niet de bedoeling zijn". In dezelfde geest mailde Nissen verleden jaar naar Herman Evers na de televisie-uitzending over diens werk als geestelijk verzorger binnen het katholiek gevangenispastoraat in Ter Peel. Dàt vond hij kerk.

Harry Notenboom

  

De boodschap centraal

KERSTMIS 2008.

De Advent is begonnen. De dagen worden steeds korter. Men spreekt ook vaak van de donkere dagen voor kerst. Maar het is ook een tijd van verwachting.
Sinterklaas die komt en dat doet ons hart vol verwachting kloppen wat de Goedheiligman dit jaar voor ons heeft meegebracht. In veel gezinnen is pakjesavond waar men elkaar verrast met leuke soms verrassende geschenken nog steeds een écht familiefeest.

En dan leven we natuurlijk toe naar Kerstmis. Het feest van de geboorte van het Kind in die stal van Bethlehem. Weken zijn we soms bezig om ons voor te bereiden. We doen inkopen voor de feestdagen. We zorgen dat het huis is opgeruimd. En op veel plaatsen moeten de meubels soms verzet worden om de Kerstboom en de Kerststal een plek te kunnen geven in de woonkamer.
Maar hoe bereiden we ons er innerlijk op voor? Treffen wij ook in onszelf voorbereidingen om de Boodschap van het Kerstkind te ontvangen? Ruimen wij ook ons innerlijk een beetje op?
Veel tijd besteden wij aan het creëren van een goede sfeer in onze straten en in onze woningen. Die goede sfeer, zou die ook niet gecreëerd dienen te worden in ons hart?

Dit jaar staat bij de Jongerenkerk de aandacht voor de Boodschap centraal. We proberen de boodschap van onszelf in relatie, in verband te brengen met de Boodschap van het Kerstkind.
Welke boodschappen van ons neergeschreven worden, weten we op dit moment nog niet maar vermoedelijk staan deze niet zover af van de Boodschap van het Kerstkind. Vermoedelijk zullen veel van onze boodschappen ook gaan over vrede, over (naasten)liefde en gerechtigheid. De Boodschap van Kerstmis gaat ook over vrede, liefde en gerechtigheid.

Om die boodschap van ons en de Boodschap van Kerstmis waar te kunnen maken is het nodig dat we ontvankelijk zijn voor die beide boodschappen. Dat er ruimte is om ze binnen te kunnen laten in onze harten. Dat er in onszelf een goede sfeer heerst die, die openheid mogelijk maakt..Als we ons in deze tijd van verwachting ons voorbereiden op de feesten die voor de deur staan en met name op het Kerstfeest, laten we dan niet alleen de aandacht richten op het uiterlijke. Natuurlijk is dat ook belangrijk is en mag dat uiterlijke er ook wel degelijk zijn, maar laten we ook een beetje van onze tijd besteden aan het innerlijke opdat wij opgeruimd, open en ontvankelijk zijn om de Boodschap een plekje te kunnen geven in ons hart.

Niet alleen wij zijn vol verwachting, ook God is vol verwachting... Hij is vol verwachting of de Boodschap van vrede, liefde en gerechtigheid wederom bij velen in vruchtbare bodem valt en wortel schiet. Mogen wij, met vallen en opstaan, in staat zijn een beetje aan Gods verwachtingen te voldoen.
In deze zin wens ik iedereen een goede voorbereidingstijd, een goede Adventstijd toe en een Zalig en Gezegend Kerstmis.

Hub van den Bosch

  

Een Zalig Nieuwjaar

Ik hoop in het nieuwe jaar
op mensen die bergen verzetten,
die door blijven gaan
met hun kop in de wind.

Ik bid om mensen
die risico's nemen,
die vol blijven houden
met het geloof van een kind.

Ik bid om mensen
die dingen beginnen
waar niemand van weet
wat de afloop zal zijn.

Ik bid om mensen
die met vallen en opstaan
niet willen weten
van water in de wijn.

Ik hoop op mensen
die blijven vertrouwen
die van te voren niet vragen
voor hoeveel en waarom.

Ik bid om mensen
die door blijven douwen
van doe het maar wel
en kijk maar niet om.

Ik bid om het beste
van vandaag en van morgen
ik bid voor het mooiste
waar ik van hou

Ik zoek naar het maximum
wat er nog in zit
in vandaag en in morgen
in mij en in jou.

In deze zin wens ik iedereen een
ZALIG NIEUWJAAR EN HET BESTE VOOR 2009.

Hub van den Bosch

Op deze pagina

  • Novembergedachten
  • Peter Nissen, geloven en de kerk
  • De boodschap centraal
  • Zalig Nieuwjaar

JONGERENKERK VENLO

Elke zondag
10 uur